-
1 feed
n. voedsel, eten, voer, maaltijd, voeding; brandstof; (in computers) invoer, toevoer van papier in de printer; nieuwe regel, nieuw vel, (in computers) het toevoeren van gegevens--------v. voeden, eten geven; te eten geven; zorg dragen voorfeed1[ fie:d]2 het voeren ⇒ aanvoer, toevoer♦voorbeelden:the cat is off its feed • de kat wil niet eten————————feed21 eten ⇒ zich voeden 〈 in het bijzonder van dieren en baby's〉; grazen, weiden; 〈 schertsend〉 kanen, schranzen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 voeren ⇒ (te) eten geven, voederen4 〈 meestal techniek, technologie〉 aanvoeren 〈grondstof enz.〉 ⇒ toevoeren 〈 materiaal〉; op peil houden, doorgeven aan; op gang houden 〈 machine〉♦voorbeelden:can the child feed itself yet? • kan het kind al zelf eten?mothers feeding their children on rice only • moeders die hun kinderen alleen rijst te eten gevenfeed the fire • het vuur onderhouden〈 informeel〉 feed something into a computer • iets in de computer stoppen/invoerenfeed coins into the pay phone • munten in de telefoon stoppenfeed a wire through a pipe • een draad door een buis halen→ fed up fed up/ -
2 feed on
-
3 dipper
n. opscheplepel, lepel om vloeistof op te scheppen; kleine watervogel met korte staart die in stromen kan duiken om zich te voeden; kleine eend afkomstig uit Noord-Amerika; persoon die voorwerpen in een vloeistof dompelt (Bv in industrieel proces); iets (zoals een machine, enz.) dat voorwerpen in een vloeistof dompelt; (Slang) zakkenroller[ dippə]I 〈eigennaam; Dipper; the〉 〈Amerikaans-Engels; sterrenkunde〉♦voorbeelden:Little Dipper • Kleine Beer→ big big/ -
4 mouth
n. mond; bek; muil; monding; brutaal (een grote mond hebben)--------v. uitdrukken; mompelen; in de mond stekenmouth11 mond ⇒ muil, bek♦voorbeelden:have a foul mouth • vuilbekkenanother mouth to feed • alweer een mond (om) te voedenshut your mouth! • hou je mond/bek!keep one's mouth shut • niets verklappenit makes my mouth water • het is om van te watertandenit sounds odd in his mouth • uit zijn mond kt het gekout of someone's own mouth • met iemands eigen woordenmouth-to-mouth • mond op mond〈 informeel〉 down in the mouth • terneergeslagen, bedrukt, ontmoedigd→ wrong wrong/♦voorbeelden:————————mouth21 declameren ⇒ geaffecteerd (uit)spreken/zeggen
См. также в других словарях:
Kind — 1. Ach, dass ich meine armen Kinder so geschlagen, klagte der Bauer, und sie waren des Pfaffen. – Eiselein, 375. 2. Alle Kinder werden mit Weinen geboren. Lat.: Clamabunt E et A quotquot nascuntur ab Eva. (Binder I, 193; II, 497; Seybold, 77.) 3 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon